De Update #60 – Voor een dubbeltje… ownee rib op de eerste rij

by Jasper and Lonneke
19 June 2022
Comments 2

De vorige zijn we geëindigd in Vancouver. We voelde ons nog steeds echt niet fit en dan is een stad bezoeken niet persee de leukste activiteit. We voelde ons een beetje verloren schaapjes en kwamen daardoor de eerste dag niet ver. We vonden een gebied wat we leuk vonden met leuke hippe winkeltjes, dit was echter een straat en na die straat hadden we geen idee waar we heen moesten om weer een leuk nieuw gebied te vinden. We zijn als Europeanen zo gewend aan centra met alleen maar voetgangers gebied en leuke pleinen. Het is altijd vrij duidelijk waar je heen moet lopen maar buiten Europa is dat heel anders hebben we al vaker gemerkt en ook hier. We vroegen een meisje achter de bar in een koffie tentje waar ze ons zou adviseren naar toe te gaan. We sloegen dat op maar bleven daarna vooral zitten waar we waren, te moe om nog verder op ontdekking te gaan. Dat zou morgen wel weer komen met hopelijk nieuwe energie. 

Voordat ik verder ga moeten we toch echt schrijven over iets waar we enorm van schrokken in de stad. De schokkende hoeveelheid thuis en daklozen. Nog nooit hebben we dit op zo’n manier gezien als hier. We liepen door een aantal straten waar niet overdreven honderden mensen op straat wonen in tenten die daar gebouwd zijn. Er waren rijen zo lang als meerdere lange straten met mensen die in de rij stonden voor een gratis warme maaltijd. Straten lang, overal waar je keek… Bij winkels stonden ineens overal beveiligers voor de deur en als je in de “verkeerde” etalage naar binnen keek werd je geconfronteerd met mensen die achter dat raam zaten te gebruiken. Het was echt heel confronterend om te zien. We hebben ons naar aanleiding hiervan niet verdiept in hoe het gesteld is met de sociale zekerheid is in Canada. En misschien gaan we dat nog wel doen, gewoon om het te weten. Maar als we terug denken aan Vancouver zal dit zeker iets zijn wat ons bij zal blijven. 

De volgende ochtend liepen we toch nog even naar de hoofdstraat van Downtown Vancouver op zoek naar een boekenwinkel waar we de Lonely Planet van Amerika konden kopen en een Arc’terix winkel om te kijken voor een jas voor papa. Maar beide winkels hadden niet wat we zochten. Wel had China-town precies wat wij nodig hadden, een heerlijk Pho soepje. En liepen we nog langs wat leuke vintage winkeltjes die ons waren aangeraden. ’s Middags gingen we naar Commercial drive. Een winkelgebied buiten het centrum maar wat een leuke winkelstraat was die veel beter bij ons paste. Er zaten leuke restaurantjes en boetiek winkeltjes. Lekker klein en overzichtelijk. We dronken hier gezellig wat op het terras en maakte ons klaar om deze stad uit te gaan op weg naar de volgende. Namelijk victoria op Vancouver island. 

‘s Avonds namen we de boot naar het eiland en de uitzichten waren buitengewoon prachtig. Het was echt genieten en we hebben de hele tijd op de uitkijk gestaan voor orka’s. We wilde heel graag naar dit eiland omdat eilanden over het algemeen ons heel erg trekken, omdat iedereen heel erg enthousiast is over Vancouver island maar stiekem vooral ook een beetje omdat je er een redelijke kans hebt om Orka’s te spotten! Wij vinden onze wildspot lijst hier in Canada al behoorlijk fantastisch maar als we daar orka’s aan kunnen toevoegen gaan wij ons best daar voor doen! De eerste stop in Victoria was dan ook Prince of Whales een bedrijf die op verschillende plekken op het eiland Walvis en orka safari’s doet. En wij wilde van ze horen waar we de grootste kans zouden hebben. We hadden zelf onze zinnen gezet op het Noorden van het eiland omdat het daar een stuk rustiger is en je daar met de haven al direct in een prachtig gebied zit en niet eerst net als in Victoria een heel stuk moet varen voordat je de haven uit bent en in een gebied komt waar je de dieren kunt gaan spotten. We kletste een hele tijd met een hele aardige man en hij was zo enthousiast over Telegrave cove, de plek die wij al min of meer gekozen hadden dat wij bedankte voor zijn eerlijkheid en vol enthousiasme verder stuiterde. En Victoria zelf maakte ons ook echt enthousiast. Kleine overzichtelijke centra passen zo veel beter bij ons. Overal zaten leuke hippe winkeltjes en leuke brouwerijen en daar hebben we hier echt van kunnen genieten. 

Ook in deze stad werden we weer met iets geconfronteerd wat vooral door dit te schrijven mij doet realiseren dat we onszelf hier ook meer in moeten verdiepen. We hebben wat algemene dingen geleerd over de geschiedenis van Canada en Amerika en hun first nations en hebben vooral bij de workaway plekken gesproken met de mensen over de First Nations maar eerlijk gezegd heeft dat ons nog niet heel veel kennis gegeven. Niet voldoende althans om met name de actuele zaken echt te kunnen begrijpen. In Victoria zagen we namelijk veel pleinen afgezet met overal de gezegde dat ieder kind er toe doet. Dit hebben we al vaker gezien maar we weten onvoldoende waar dit over gaat. In onze gesprekken op de workaways kregen wij beide denk ik het gevoel dat veel van de problematiek vergelijkbaar is met de problematiek die ook landen als Nieuw Zeeland en Australië hebben in meer of mindere maten. Echter gaan we hier te veel van uit en hebben we misschien te veel het idee dat we daardoor weten hoe de vork in de steel zit. Maar bij deze een notitie aan ons zelf: hier mogen we niet van uitgaan en het is goed ons ook verder in deze cultuur te verdiepen want ook al proberen sommige Canadese dit misschien te ontkennen/onderdrukken, het is en moet een onderdeel zijn van hun cultuur. 

Maar hoe zeer we ook genoten van Victoria, steden zijn ook geldslurpers en na een paar dagen stad hadden we er ook wel weer genoeg van en reden we lekker door. Met als eerste stop: Goldstream provincial park met als bezienswaardigheid, Niagara Falls. Erg verwarrend dat je in een land twee watervallen hebt met dezelfde naam, waarvan de een wel echt duidelijk bekender is dan de ander. Echter zegt het niets over de schoonheid van deze waterval dat hij minder bekend is. Want de waterval en met name de omgeving was echt prachtig. Dat was direct al onze eerste indruk van het eiland en daarbij ook van deze plek, het is zo ontzettend groen hier. De diversiteit aan verschillende planten is vrij hoog hier en doordat het vrij nat is groeit er overal en op alles prachtig mos. Het deed ons heel erg denken aan het zuiden van Nieuw Zeeland. We vervolgde onze route langs de zuidwest kant van het eiland. We hadden als aanrader een wandeling naar een strand gekregen, Myra beach. De wandeling hier naar toe was door een prachtig groen bos, maar het was niet echt bepaald strand weer te noemen. Dus we zaten er op een rots op het strand en zagen wat zeehonden heel ver weg in het water maar na een tijdje kregen we het koud en liepen we weer terug. Vooral in de steden verbleven we op parkeerplaatsen dicht bij de steden. Het is over het algemeen prima als je daar in de auto slaapt maar het is niet echt de bedoeling dat je daar echt gaat “kamperen”. Je gaat niet uitgebreid op je kampeerstoeltjes naast de auto zitten om de laatste uurtjes zonneschijn mee te pakken. Nee als we daar verblijven zwerven we zo lang mogelijk buiten of bij koffietentjes en daarna zitten we binnen in het bussie. Maar hierdoor hadden we nu juist wel zin om ons kampementje helemaal op te zetten. En vonden daarvoor een gemeente camping van 15 dollar aan het strand. Dit was een heerlijk plekje, en je raad het al, we zaten de hele avond buiten naast ons bussie om de laatste uurtjes zonneschijn ook buiten mee te pakken. 

Niet ver van die camping plek was hidden waterfall. Om bij deze waterval te komen moest je een stuk door het bos naar een strand lopen, dan nog 20 minuten over het strand lopen en dan vanuit daar het bos weer in om bij de waterval te komen. Vooral voor Canadese standaarden klinkt dit heel hidden en avontuurlijk. Want meestal kun je met je auto letterlijk rijden naar de basis van de bezienswaardigheid. Dit vinden wij over het algemeen heel jammer, want juist een beetje moeite doen voor een bezienswaardigheid zorgt wat ons betreft voor een betere beleving en geeft veel meer voldoening. Dus wij hadden wel zin in de avontuur. Het was even zoeken naar de plek waar we het bos weer in moesten vanaf het strand. Maar we zagen daar een pad naar boven lopen en aangezien wij in avonturier modus stonden begonnen wij meteen aan onze klim naar boven. Het was echt extreem modderig en daardoor heel glad dus op handen en voeten klommen we naar boven over het pad. Maar het pad werd steeds onduidelijker en bleef zich steeds opsplitsen. In het begin was het duidelijk dat we evenwijdig liepen aan de rivier die we beneden hadden gezien maar we weken daar nu ook steeds verder van af en doordat het zo glad was en naast ons soms een steile afgrond was voelde het toch niet meer goed. Dus we stonden voor de lastige keus, doorgaan of omdraaien. Want het pad wat we hadden genomen was dusdanig lastig dat we tegen elkaar zeiden dat als we er beneden achter zouden komen dat we toch goed op weg waren we niet nog een keer omhoog zouden gaan voor een tweede poging. Maar het voelde toch echt niet goed dus wij gingen al glibberend en glijdend weer terug naar beneden. En daar kwamen we erachter door de ineens grote hoeveelheden mensen dat het helemaal niet zo hidden was als dat wij dachten, of misschien gewoon hoopte. Maar dat het gewoon beneden was aan de basis van de rivier maar dan twee stappen het hoekje om de grot in… Hahaha. Wij fatsoeneerde onszelf een beetje en lachte om onze vergissing. De waterval was prachtig en heel anders als dat we ooit gezien hadden je stond in een smalle spleet die wat naar links en rechts kronkelde en begroeid was met mos en aan het einde viel de waterval naar beneden. Het was echt prachtig. Maar zoals gezegd echt niet meer hidden. 

De volgende stop was Botanical beach. En de enige reden waarom we hier stopte was de belofte dat je hier vanaf het strand mogelijk orka’s of walvissen kon zien. Dus we hoeven niet uit te leggen wat we daar gedaan hebben. Juist, gezeten en gewacht. Maar geen orka’s of walvissen te bekennen. Wel weer zeehonden, heel heel heel ver weg. 

De volgende stop was het visitors centrum. Eerlijk gezegt niet voor informatie maar om weer even wat berichtjes en mailtjes binnen te halen want we hadden al even geen bereik gehad. We stonden buiten het gebouwtje de wifi leeg te tappen, maar de man van het visitors centrum was zo enthousiast dat hij toch ook even naar buiten kwam om ons wat advies te geven over waar we naar toe moesten. Wij hadden eigenlijk al besloten dat Lonely Dough een te grote omweg was voor ons maar hij overtuigde ons toch te gaan. Lonely Dough is een hele grote douglas fir boom die als enige is blijven staan. De bomen om hem heen zijn allemaal gekapt en dat geeft het een heel treurig gezicht maar daardoor kun je goed zien hoe groot hij is. Op het hele eiland zijn wandelingen waar je hele grote mooie bomen kunt bewonderen dus wij hadden besloten deze over te slaan maar na het verkooppraatje van de man reden we er toch naar toe. Dat klonk makkelijker als dat het was want het was wel degelijk een grote detour en de weg er naar toe was slecht. En het laatste stuk was heel stijl over los gravel waardoor we moeilijk grip kregen en al slippend naar boven gingen. Dat zorgde voor wat klotsende okseltjes maar gelukkig was daar halverwege ineens een mooi camperplekje. Daar rolde we Bob in en gingen niet meer verder door die avond. Het begon ook flink te plenzen dus we gingen de volgende ochtend pas naar de Dough kijken. In de avonds kregen we nog een klop op de Bob en we konden ons niet voorstellen dat in deze uithoek iemand er moeite mee zou hebben dat we er stonden. En dit was ook niet. Het was een meisje die een stukje terug aan het kamperen was in haar tent en haar aansteker kwijt was en daardoor haar eten niet kon opwarmen. Ze was helemaal zeik nat verregent en we zagen het helemaal voor ons hoe ze in de stromende regen probeerde te schuilen om te kunnen koken. We boden haar hulp aan en zeiden dat we onszelf echte luxe paarden voelde in onze bus maar ze zei dat ze oké was in haar tentje en dat ze wisten dat het vrijwel continu zou regen op het eiland. En dat klopte ook. Het regent veel, heel erg veel op de eilanden. We hadden al eens aan Marc gevraagd waarom hij in de bergen was gaan wonen, als je dan toch afgelegen woont waarom dan daar in de bergen met die extreem lange winter en niet op de eilanden met zijn veel mildere klimaat. Zijn antwoord: te veel regen en ik hou van bergen. En beide snappen wij heel goed. Wat een regen hier, maargoed daardoor is het ook zo mooi groen. 

De volgende dag was er een zaterdag markt in het dorpje van het visitors centrum die kneuterig naar een heel nieuw level bracht. Het was het midden van een markt met zelfgemaakte spullen die je verkoopt met koningsdag en een gewone markt waar kleine ondernemers hun spullen verkopen. Het waren niet meer dan 20 standjes dus we waren er snel weer uitgekeken. De volgende stop was een supermarkt waar er geiten op het dak grazen, wat natuurlijk een hele slimme actie is. Maak van je supermarkt iets ongewoons zodat het toeristen trekt en ze doen meteen allemaal even een boodschapje bij je. Wij hadden ons busje al helemaal volgeladen met boodschappen, dus wij zwaaide naar de geiten en reden weer door. En wel naar Cathedral cove. We hadden al verklapt dat er op het eiland heel veel oude en grote bomen zijn. Op deze plek waren heel veel douglas fers te bewonderen. Er waren twee korte wandelingen waarbij je heel wat hele oude bomen ziet. Als je dat ziet voel je je heel klein en nietig. En voelen wij als mens echt maar als een kleine passant. Deze bomen staan hier soms wel 800 jaar en wij zagen ze om omdat we graag hout willen, dat voelt toch wel echt verkeerd als je dat ziet. We spraken met een park beheerder en maakte een leuk praatje met hem. Hij vertelde dat nu een hele grote speler in de papier industrie nu volledig overgestapt is naar Hennep omdat dit aan alle kanten beter is voor zowel mens als natuur. Dat soort nieuwtjes komen extra binnen en maken je extra blij als je dit soort prachtige bomen bewonderd. ’s Avonds sliepen we op een fantastisch mooie plek aan de rivier, helaas konden we er niet echt van genieten aangezien het buiten regende dat het goot… Net als de rest van de hele dag overigens.

Naar de volgende plek hadden we heel erg uitgekeken. Tofino, een plaatsje aan de kust die bekend staat om zijn mooie natuur, hippe plekjes en vooral zijn surfers vibe. Veel mensen komen hier om te surfen en gewoon te genieten van de leuke plaats. Er komt alleen een maar… je kunt hier niet wildkamperen. Oké denk je dan, dat is toch niet zo’n probleem dan betaal je toch een keer voor een camping. Nou, we hadden al op iOverlander gezien wat op een camping verblijven hier zou kosten en dat vonden we ronduit schokkend. In een spraak berichtje naar Coen en Saskia zeiden we hard lachend, wie doet dat nou, wie betaalt er nu zo veel voor een camping en moet dan ook nog extra betalen voor een paar minuten douchen. Nou, wij dus, blijkt. Eerst reden we naar de camping het verst weg van het stadje. Deze was net nieuw gebouwd, op de app stonden geen prijzen maar mensen zeiden dat de prijzen redelijk waren. Maar toen het meisje achter de balie ons de prijs vertelde alsof het de normaalste zaak van de wereld was konden wij toch onze verbazing niet verbergen. De plek zonder elektriciteit, wel inclusief de douch koste 114 dollar exclusief BTW! Wij verontschuldigde ons maar zeiden dat die echt boven ons budget was, ze begreep dit en zij dat dan de budget plekken dan mogelijk meer iets voor ons waren wat verder achterin de camping. Dit gaf hoop, budget, ja dat is meer onze klasse. Maar nee, ook deze plek zou ons 90 dollar exclusief BTW kosten. Dus wij bedankte maar zeiden dat we nog even verder gingen kijken. Deze camping was namelijk echt ver van het centrum en vanaf de andere camping kon je in ieder geval nog naar het dorpje lopen en de prijzen waren vrijwel gelijk. Uiteindelijk vonden we daar een plek, pal aan het strand voor 100 dollar inclusief BTW. En dan beeld je je verder vast een hele prachtige luxe camping in met mooie faciliteiten. Nope, de camping was prachtig groen maar dat was ook echt het enige. We moesten echt even een knop om zetten nadat we deze rib afgestaan hadden. Maar besloten dat we er dan in ieder geval maar volop van moesten gaan genieten. Dus we liepen de mooie wandeling langs het strand het dorpje in en zwierven daar heerlijk rond, aten een lekker pizzaatje en liepen daarna een andere route weer terug om nog lekker naast het busje te genieten van dat 100 dollar uitzicht. 

Dikke kus van deze twee luxe paarden.

Tot de volgende,

Jap en Lon

Menu of the week

MaandagRestje Minestrone
DinsdagPho Soep
WoensdagGnocchi
DonderdagVietnamese springrolls
VrijdagDal soep
ZaterdagNoodles met Broccoli + Apple Crumble toetje
ZondagPizza

Spendings of the Week

Budget per day €54 and per week €378 and per month €1700

Wat/WaarKosten [CAD (€)*]
Camping99,75 (€ 74,45)
Uiteten/drinken105,94 (€ 77,69)
Parkeren14,39 (€ 10,52)
Activiteiten
Boodschappen184,08 (€ 134,56)
Diesel236,12 (€ 176,27)
Overig681,65 (€ 501,68)**
Totaal1321,93 (€ 975,17
* 1 CAD = € 0,7310
** We hebben beide nieuwe schoenen gekocht wat een flinke deuk sloeg in het budget zoals je ziet.

Route

Driven kilometers: 1150

  1. Ik zie dat jullie zoveel uit hebben gegeven, dat jullie daardoor niet hebben kunnen eten! Dat vind ik verschrikkelijk!

    Ieder kind telt! Er zijn in Canada naast scholen toch heel veel kinder lichamen gevonden. Bedoelen ze dat daarmee?

    Nou volgende week hoop ik weer te lezen wat jullie gegeten hebben. Deze week in ieder geval Pizza. Ly Mamske

    1. Hahah, nee hoor we hebben wel gegeten. We moesten het alleen nog even opzoeken, hebben het net toegevoegd.

      Gister hebben we Canadese hierover gesproken en het heeft hier inderdaad mee te maken.

      Volgende week zullen we het eten meteen weer toevoegen, hoef je je niet meer druk te maken of we wel gegeten hebben.

      LY

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

 

en_USEN